Tag Archief van: recensie

‘Mijn aandacht is een stolp waaronder niet te leven valt,’ schrijft Bregje Hofstede in Drift. Van jongs af aan legt ze haar leven vast op papier, in schitterende metaforen en scherpzinnige details. Alles wat ze maar kan vinden bewaart ze in stapels dagboeken en schriftjes, als ‘een hoarder die de poolnacht verwacht’. Ook haar momenten met Luc, de jongen waar ze als tiener voor valt, als twintiger mee trouwt en als schrijfster van vervreemdt. Haar verhaal strookt niet langer met het zijne. Van de ene op de andere dag loopt ze weg, van hem en van haar leven, met alle woorden in een grote tas op haar rug. In een poging om te achterhalen waar het mis is gegaan, leest ze hun verleden terug, althans haar versie daarvan, en rijgt de scènes, herinneringen en overpeinzingen aaneen tot deze roman. Eerlijk, kwetsbaar en schaamteloos mooi.

Deze recensie schreef ik voor YouBeDo, de online boekenwinkel waar je met elke aankoop bijdraagt aan je goede doel.

De personages: Andrej als alleenstaande postbode die zich met foto’s uit tijdschriften troost. Josip als ongelukkig getrouwde bestuurder van een lokale kabeltrein. Het decor: een slaperige kuststad in Joegoslavië. Wanneer Andrej toevallig ontdekt dat Josip er een minnares op nahoudt, begint hij hem anoniem te chanteren. Josip vindt echter uit dat Andrej bankbiljetten uit de post ontvreemdt en om zijn eigen betalingen te kunnen voldoen perst hij hem op zijn beurt af. Onwetend houden de mannen elkaar in een wurggreep, terwijl het conflict tussen de Serven en Kroaten op de achtergrond broeit. De pelikaan leest als een moderne klucht, afstandelijk en absurd, over de verwarring wanneer vijanden ook vrienden kunnen zijn en een boek dat mij niet greep is genomineerd voor de Libris Literatuur Prijs.

Deze recensie schreef ik voor YouBeDo, de online boekenwinkel waar je met elke aankoop bijdraagt aan je goede doel.


Wanneer de nachtclub waar Tony werkt als uitsmijter tijdelijk sluit voor renovatie, heeft hij de keuze tussen wedstrijdjes hotdogs eten of een betrekking als chauffeur voor Dr. Shirley, de briljante pianist. Alleen Tony is blank, zijn baas is zwart en de tour voert naar het zuiden van Amerika in ‘62. Wat volgt is een roadmovie door raciale vooroordelen die van begin tot eind verloopt zoals je zou verwachten – en toch. De karakters zijn even goed gebalanceerd als geacteerd, de grapjes scherp genoeg om me te laten lachen en de ongelijkheid zo schrijnend dat ik me afvraag: waarom kiest zo’n fijnzinnige muzikant voor zo’n vernederende route? Green Book is gebaseerd op een waargebeurd verhaal, de titel een verwijzing naar de gids voor Afro-Amerikaanse reizigers met informatie om discriminatie te vermijden, die redundant zou moeten zijn maar ontoereikend is. Het antwoord laat lang op zich wachten, maar als de mannen me hebben ontwapenend dringt het in klinkende one-liners door. ‘Because genius is not enough. It takes courage to change people’s hearts.’ Dat, en een flinke dosis humor. Want het onderwerp blijft relevant.

 

Tegenstanders portretteren Michelle Obama graag als boze zwarte vrouw. ‘Ik heb geleerd,’ zo schrijft ze in Becoming, ‘dat het moeilijker is om iemand te haten van dichtbij.’ Openhartig vertelt ze hoe ze tweemaal zo hard moest werken om half zo ver te komen in het leven, van de achterstandswijk in Chicago tot het prestigieuze Princeton en vervolgens door naar Harvard Law School – om te ontdekken dat ze eigenlijk helemaal geen advocate wil zijn. Hoe ze verliefd wordt op Barack die vastberaden aankoerst op een veeleisende loopbaan in de politiek, waar zij een uitgesproken afkeer van heeft. Haar vurige wens om moeder te worden en haar worsteling om moeder te zijn, in combinatie met haar eigen carrière, haar invloed als First Lady en haar leven in het Witte Huis. Als Michelle Obama een ding ‘wordt’ in Becoming is het wel menselijk, en ik weet niet zeker of dat teleurstellend of geruststellend is. Maar wel absoluut ontwapenend.

Deze recensie schreef ik voor YouBeDo, de online boekenwinkel waar je met elke aankoop bijdraagt aan je goede doel.


’Ik heb het gevoel dat iedereen op elke dag dood zou kunnen gaan,’ zegt Alex. ‘Soloklimmen maakt dat gevoel veel meer aanwezig en urgent.’ Desondanks – of misschien juist wel daarom – riskeert hij zijn leven in een ongeëvenaarde poging tegen El Capitan, de meest afgrijzenwekkende granieten muur ter wereld van bijna 1000 meter loodrecht omhoog, zonder touw of zekering, waarbij de kleinste fout hem in een vrije val te pletter stort. Zijn vriendin droomt van geluk en gezelligheid, maar Alex denkt er anders over. ‘Niemand bereikt iets geweldigs door geluk en gezelligheid.’ Voor hem is angst niet een emotie om te onderdrukken, maar systematisch te verkennen, door de de grepen en manoeuvres keer op keer te oefenen tot ze niet eng meer zijn. Toch vreest zelfs zijn regisseur een ongelukkig einde: ‘Als je de limieten blijft verleggen, vind je uiteindelijk de grens.’ Wat drijft Alex ertoe om zoiets extreems te ondernemen? Niet eerder zat ik zo verstijfd van angst, zo geïntrigeerd door iemands motivatie, zo ademloos in de bioscoop. Free Solo. Kijken! Als je durft.

 


Slapsticks? Ik dacht dat ik daar niet van hield. Te simpel, te makkelijk. Maar de films die me bijblijven, zijn de films die me verrassen of verbazen. Juist de titels die ik nooit gekozen had. Een 7,6 op imdb is hoog genoeg om te gaan en zo beland ik bij Stan & Olie, over Laurel en Hardy, in de nadagen van hun succes. ‘I don’t like to talk business,’ zegt de dikke, ‘not when we’re working,’ en daarin zit precies het probleem. De komedianten hebben geen cent te makken en dus moeten ze op late leeftijd nog eenmaal op tour. Hoe langer ik kijk, hoe meer bewondering ik krijg voor de ingenieuze subtiliteit van hun sketches en de veelzijdige vormen van humor die de revue passeren. Het mooist zijn de wrange, waar de grens vervaagt tussen hun kolderieke spel en oprechte gevoel. Soms is het flauw, maar even ontsnapt me een spontane lach. Al is het geen garantie dat die dame achter u ook zo aanstekelijk grinnikt, schatert en proest.

 


Het is haast ontwapenend om te zien hoe een klein jochie een pak noodles in zijn veel te grote tas laat vallen in een supermarkt, terwijl zijn vader op de uitkijk staat. Wat in de winkel ligt, is nog van niemand, toch? Bovendien gapt hij slechts wat nodig is, hoewel hij de shampoo is vergeten, realiseert hij zich even later op straat. Wanneer ze onderweg naar huis een een verwaarloosd meisje tegenkomen, nemen ze haar even vanzelfsprekend mee naar hun overbevolkte gezin dat in een propvolle bouwval bivakkeert, met een schrijnend gebrek aan geld, maar warmte genoeg. Soms is het beter om je eigen familie te kiezen, al is niet altijd alles wat het lijkt. Subtiel en traag ontvouwt zich een voorstelling van schrijnende armoede in een Japanse buitenwijk, die gaandeweg de film voortdurend een paar graden lijkt te kantelen tot het verhaal een duik neemt naar een dieper niveau. Zoet of sentimenteel wordt het nergens, maar voor ik het wist stal Shoplifters mijn hart.


Cleo is dienst- en kindermeisje voor een middenklasse gezin in een Mexicaanse buitenwijk in 1970. In prachtig trage beelden volgen we een jaar in haar bestaan, monochroom en monotoon, met eindeloze balen was, stapels vaat en hondendrollen op de binnenplaats. Er speelt van alles – grote levensveranderende en geschiedenisbepalende drama’s – en tegelijkertijd ook niets, want Cleo ondergaat beide sereen en stoïcijns, alsof zeer zelf niet echt een onderdeel van is en nog minder invloed op heeft.
Schrijver en regisseur Alfonso Cuarón baseerde Roma op zijn eigen jeugd en draagt de film op aan een nanny waar hij warme herinneringen aan bewaart. Hoe gedetailleerd hij het tijdsbeeld ook vastlegt, wat in en buiten Cleo omgaat blijft vaag. Zijn eerbetoon schetst een karakter dat we amper leren kennen in ontwikkelingen waarvan de context ontbreekt. Als hoofdpersoon blijft Cleo een bijfiguur. ‘Wat er ook gebeurt,’ stelt haar werkgeefster vast, ‘wij vrouwen zijn altijd alleen.’

Mooier nog dan het verhaal is de omgeving die Tommy Wieringa schetst: van een leeggelopen dorp in Twente, vlakbij de Duitse grens. De heilige Rita vertelt over Paul, die op zijn vijftigste nog bij zijn vader woont en zijn makker Hedwiges, een kruidenier met dito mentaliteit. De mannen zijn hopeloze gevallen die zich staande proberen te houden in de veranderende tijd. Met aardse zinnen en beschrijvingen van universele thema’s zoals eenzaamheid, teleurstelling en vergankelijkheid. Maar het allermooist is de taal. “’Wat bi-j laat,’ zei zijn vader toen hij binnenkwam. ’Dan bi-j te vroeg gaan zitten,’ zei Paul.”

Deze recensie schreef ik voor YouBeDo, de online boekenwinkel waar je met elke aankoop bijdraagt aan je goede doel.

‘Wat geeft het leven nog betekenis als je nog maar een paar dagen hebt?’ Dat schreef USA Today over In het oranje ochtendlicht, een New York Times-bestseller die ook in Nederland verscheen. Nina Riggs was nog maar achtendertig en moeder van twee jonge kinderen toen ze bleek te lijden aan een ongeneeslijke vorm van kanker. Met de dood op de hielen produceerde ze dit boek, dat vlak na haar overlijden verscheen. Dit is het aangrijpende en ontroerende verhaal, van een jonge vrouw die haar eigen sterfelijkheid onder ogen ziet, met lichtheid, warmte en een verpletterende impact.

Deze recensie schreef ik voor YouBeDo, de online boekenwinkel waar je met elke aankoop bijdraagt aan je goede doel.